Potverdikkie! Als iemand de laatste blogs die ik heb gepubliceerd achter elkaar leest krijgt die iemand waarschijnlijk de neiging aan mij te vragen: gaat het wel goed met je? Het lijkt allemaal een grote depressieve bende. Alles mislukt, alles gaat mis, morgen botst er vast een meteoor tegen de aarde en gaan we allemaal naar de verdoemenis en er groeit een derde oor op mijn neus. Zoiets.

Dat valt allemaal heus wel mee hoor. Sterker, zoals ik in mijn laatste blog al schreef: ik heb de weg omhoog weer ingezet. En daarbij speelt een belangrijke rol wat iedereen die graag sport al lang weet: je moet een doel hebben om naar toe te werken. Deze week, in de mentale rust van de vroeg begonnen kerstvakantie, heb ik eens goed nagedacht over mijn doelen voor het komende jaar en al wat uitzoekwerk gedaan voor de logistiek. Terzijde, zijn jullie ook allemaal zo blij dat de kerstdagen vanaf volgend jaar weer wat logischer vallen qua vakantieplanning?

De tijd van het jaar om plannen te maken

Ik heb drie doelen gesteld voor het komende jaar. Drie doelen, drie sporten. Nou ja, soort van. Eigenlijk twee, maar als je ze combineert en er nog een derde bij doet die je niet traint heb je er drie. Snapt u?

Het eerste doel is het spannendste. Ik wil het niemand verklappen omdat de kans groot is dat het helemaal niet gaat lukken. De afgelopen jaren heb ik al mijn doelen telkens gehaald. Dus om nu een doel te stellen dat op dit moment volstrekt onbereikbaar is, dat is best een beetje spannend.

Het is een hardloopdoel. Ik ben geen goede hardloper. Ik heb het ook nog nooit echt structureel getraind. Tot een paar jaar geleden was ik simpelweg te zwaar. Alle pogingen om hardlopen op te pakken leiden al snel tot blessures door overbelasting. De laatste drie jaar gaat het – na 25 kilo gewichtsverlies – wel en is het structureel onderdeel van mijn trainingsschema. Maar wel het B-onderdeel, fietsen staat vooraan. Dat heb ik nu omgedraaid.

Laten we het maar eruit gooien: ik wil komend voorjaar een keer een halve marathon lopen. Onderliggend doel is om het hardlopen te verbeteren voor triatlons later in het jaar, maar ik merk dat ik er veel plezier in heb en er heel veel motivatie uit haal om dit als doel te hebben. Ik heb er al een op het oog, maar dat hou ik nog voor me. Klein probleem is dat ze allemaal in het vroege voorjaar zijn, dus ik heb na alle blessureperikelen eigenlijk te weinig tijd om ervoor te trainen. De basisconditie is natuurlijk uitstekend, het gaat echt om de loopbelasting enerzijds maar vooral het tempo anderzijds.

Mijn hardlopen ziet er sowieso uit als een neanderthaler die al twee dagen achter een holenbeer aanloopt. Om dan ook nog in een sjoktempo zo’n wedstrijd te lopen: non, merci. Ik heb voor mezelf een streeftijd in gedachten. Als dat onhaalbaar is ga ik er niet aan beginnen. Zowel Stryd als Garmin voorspellen vooralsnog een tijd die er ver boven zit, dus trainen maar.

Het tweede doel? Ik heb bedacht dat ik mijn deelname aan de Schleck-X-Perience, een heuse UCI-Gran Fondo, wil herhalen om mezelf te bewijzen dat ik heb geleerd van de fouten die ik dit jaar maakte. Moet ik nog eens een blog over schrijven, trouwens. Enige probleem: vorig jaar had ik zeeën van tijd om ervoor te trainen doordat ik eerst niet en daarna deeltijd werkte. Weliswaar met fysieke en vooral mentale ups en downs, maar ik had tijd. Die heb ik dit jaar niet, zeker niet omdat ik zo veel ga lopen in het vroege voorjaar. En voor zo’n Gran Fondo moet je nou net veel volume draaien. We gaan het zien. Ik heb al een hotel op het oog, maak er ook een kort (solo)vakantietje van.

Ik ben gefinisht, maar dat kan beter

Het derde doel heb ik natuurlijk al verklapt: triatlons. Mijn tijd op de 1/8e verbeteren, voor het eerst een 1/4e voltooien, en misschien meedoen in mijn geliefde woonplaats Delft. Maar die is heel onhandig qua planning: twee dagen na de bruiloft van een goede vriend, een dag na mijn eigen verjaardag. Dat wordt triatlonnen met een lage HRV ben ik bang. Hoe dan ook, mijn doel is vooral: meer wedstrijden, want dat is leuk. En ik heb vorig jaar gemerkt dat zelfs als zwemmen alleen getypeerd kan worden als ‘zorgen dat ik niet zink’ je toch met goed fatsoen mee kunt doen.

En na augustus? Ach, dat zien we dan wel. Genoeg getikt, ik moet gaan lopen!