Laat ik niet te lang stilstaan bij de zeer bijzondere geschiedenis van dit album. De korte versie: dit moest de opvolger worden van ‘Pet sounds’, in 1966 werd begonnen met de opnames. ‘Pet sounds’ was het antwoord van de Beach Boys op (met name) Revolver van de Beatles. De geniale gek – dat is een oneerbiedig woord, maar wel van toepassing op de met schizofrenie, waarschijnlijk versterkt door een flinke inname van psychedelische drugs, worstelende – Brian Wilson wilde niet alleen heel veel platen verkopen, maar ook dezelfde artistieke waardering krijgen als de Beatles. Ergens in het proces van de opnames van Smile zakte Wilson helemaal weg. Singles en flarden van het album kwamen af en toe uit, maar toen in 2004 Wilson vrij letterlijk uit een hol kroop werd het album eindelijk afgemaakt en het verscheen, volgens Wilson flink aangepast, in zijn geheel: Smile. Voor meer info: er zijn zowat hele boeken over geschreven. O ja. Iets minder dan twee weken geleden overleed Wilson, eerlijk gezegd op opmerkelijk hoge leeftijd (hij zou nu 83 zijn geweest).
Bij veel popmuziek en andere moderne (elektronisch gedomineerde) muziekstijlen heb ik erover geklaagd dat er zo weinig gebeurt in de muziek.
Nou… dat is hier niet het geval.
Aan alles kun je horen dat hier een muzikaal genie aan het werk is. Het album lijkt als een lange suite gecomponeerd. De nummers vloeien, ongeacht tempo of akkoordenschema, allemaal even moeiteloos in elkaar over. Motieven komen door het hele album heen terug. En vooral: de arrangementen. Jongens toch. Het is vrij letterlijk niet te beschrijven wat er allemaal uit de kast wordt getrokken. Ik geloof dat zowat elke blazer uit een symfonie-orkest wel een keer langskomt. Idem voor de hele encyclopedie aan percussie-instrumenten. Luister eens naar de volkomen originele variaties die de drummer aanbrengt. En dan zijn er natuurlijk de perfect geharmoniseerde koortjes die we kennen van de Beach Boys, vaak nogal gedomineerd door falsetten. Hoe ze dit in 1966 en 1967 met naar ik aanneem een viersporenrecorder voor elkaar hebben gekregen? God only knows (pun mega-intended). Maar belangrijker: je kunt allerlei toeters en bellen in muziek stoppen maar het moet werken, het moet niet afleiden. Dit werkt. Dit werkt echt. Alles lijkt perfect doordacht en perfect uitgevoerd.
Goed, het is uitgesproken geniaal en ja, misschien nog wel meer dan ‘Pet sounds’.
Maar is het daarmee ook geniale muziek? U begrijpt wat ik bedoel. Nou, net wat minder. Vind ik, bedoel ik uiteraard. Ik krijg sterk de indruk dat Brian Wilson meer een componist was dan een muzikant, of uitvoerder. En dat klopt vrij letterlijk. Al begin jaren zestig stopte hij met live-optredens, zijn rol als bassist (!) werd op toernee overgenomen. Dat had natuurlijk met zijn psychische problemen te maken, maar het zegt ook wel wat over zijn muziekbeleving. De muziek is haast te steriel, komt niet echt tot leven. Het mist ‘het’, dat wat je pakt. En natuurlijk klinkt het met die doo wop- of barbershop-koortjes, met die falset van naar ik aanneem Brian Wilson zelf, eh, nogal gedateerd. Barbershop is anno 2025 nogal een – in goed Nederlands – acquired taste. Zie de eerdere aflevering over Ray Charles.
Het is nauwelijks mogelijk of zinvol om hoogte- of dieptepunten van dit album te noemen, zoals gezegd lijkt het een lange suite. Dieptepunten zijn er trouwens helemaal niet, dat heb ik geloof ik nog niet meegemaakt in 45 albums (zelfs op Highway to hell was wel een minder momentje aan te wijzen, zij het ietsiepietsie). Vooruit dan maar: laten we ‘Good vibrations’ maar een hoogtepunt noemen.
En de interessante vraag is natuurlijk altijd: had de wereld nog veel meer van het genie Brian Wilson kunnen krijgen zonder stoornis of met een betere behandeling, of hing zijn genialiteit ook samen met zijn stoornis?

Ontdek meer van ivo-habets.nl
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.