Hij had die ochtend een sollicitatiegesprek. Hij was perfect geschikt voor de functie, het eerste gesprek was heel goed gegaan, hij gaf zichzelf een goede kans op de baan. Maar alles ging mis die ochtend. Hij had zich gesneden bij het scheren. Hij liet een kop koffie uit zijn handen vallen en was tien minuten bezig geweest om de bende op te ruimen. Zijn fiets had een lekke band. Met een flinke sprint had hij de bus nog gehaald die hem nog net op tijd op het station zou afleveren. Maar de bus had moeten wachten, vanwege werkzaamheden was de Hoornseweg deels afgesloten. En nu moest hij die vreselijke trap bij het station nog oprennen. Hij zag de trein al staan. Hij spurtte de brug over, hoorde vlak voor hij de trap naar beneden nam het onheilspellende fluitje, viel in zijn haast bijna van de trap af, zag de deuren van de trein dichtgaan, rende over het perron naar de dichtstbijzijnde deur van de trein die inmiddels al in beweging was gekomen, drukte vertwijfeld en wanhopig nog op het knopje om de deur te openen, maar helaas. Hij keek onzeker om zich heen, wist zich geen houding te geven. Het viel hem op dat moment op dat hij door alle geren en geklim erg onfris was gaan ruiken. Het nette overhemd was doordrenkt en plakte tegen zijn rug. Dit ging niet zijn dag worden.
Ontdek meer van ivo-habets.nl
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.