#105 PJ Harvey – Let England shake (2011) 7/10

Een goed album met anderhalve drol halverwege

PJ Harvey… Ook wel Polly Jean Harvey. Of nee: Polly Jean Harvey MBE. Well done!

Toen deze uit de randomgenerator kwam rollen dacht ik: ojee, PJ Harvey. Ik had me nooit verdiept in haar muziek maar ik had er een enorme aversie tegen. Maar, in dit projectje ben ik altijd objectief, niet vooringenomen, ik geef alles een kans. Soms kost dat moeite (maar dat was nota bene een album dat gewoon bij mij in de kast staat en dat ik dus een X aantal keer geluisterd had, dan mag het hè). Interessanter is de vraag: waarom had ik zo’n aversie tegen PJ? En dat weet ik dus niet precies. Het is natuurlijk altijd een beetje pretentieus, critici daling, boek uitgegeven met poëzie slash songteksten (de volgende Nobelprijswinnaar?), en daar heb ik allemaal niet zo veel mee. Belangrijker, ik vermoed dat in mijn Studio Brussel-periode (zo tussen 1994 en 1999) ze een of meer singles heeft gehad die uiteraard veel gedraaid werden op de alternatieve zenderhemel en die allicht prominent langskwamen in de fantastische, door luisteraars samengestelde hitlijst ‘De Afrekening’ (met alleen maar alternatieve muziek) die altijd op zondagochtend werd uitgezonden. Een fantastisch programma. En dat zal ik wel niks gevonden hebben.

Maar ik weet dat niet meer, we praten alweer over dertig jaar geleden hè.

Feit is: ik vind dit een behoorlijk goed album, het viel me in bijna alle opzichten mee. Eerste luisterbeurt, opening- en titelnummer: ik denk wauw! Een fraaie melodie die extra wordt aangezet of eigenlijk gecontrasteerd door wat denk ik een xylofoon is (afgaande op de credits), het klinkt reuze ongemakkelijk en daardoor goed. Goeie gitaarsound ook, en het zingen trek ik prima.

In ‘The glorious land’ valt de gitaarsound me pas echt op. Die is fantastisch. Een bijna cleane sound, maar waar ik die van de profeet Billy Bragg niet om aan te horen (hol, kil, metalig) vond, is dit juist heel goed. Hier moet hij vernoemd worden: John Parish, de vaste partner – muzikaal, niet privé – van PJ Harvey.

Het wordt nog mooier in ‘All and everyone’ – geweldige gitaarsound, mooi arrangement met orgel en zelfs een trombone, een melodie die het best met het Engelse woord haunting omschreven kan worden, mooi zingen. Een fantastisch nummer.

Nou dat gaat lekker. Totdat… ‘On battleship hill’ arriveert. Het is niet eens een slecht nummer, melodieus gezien, het heeft bijna een country-achtige feel. Maar mijn hemel, wat is de bedoeling van het zingen van Harvey (PJ, niet broer Mick die met Parish en Jean-Marc Butty de volledige begeleidingsband vormt)? Ze raakt hier hogere noten dan Maria Callas in haar beste jaren. Het is niet om aan te horen, sorry. De duetzang met Parish is wel mooi gedaan, maar als Harbey een octaaf lager had gezongen was het veel mooier (en dus effectiever) geweest. Het daaropvolgende nummer ‘England’, opmerkelijk genoeg gezien de titel met een flamenco-achtige feel, is niet veel beter.

Ik snap dit niet.

Daarna komt het album weer terug op de rails. ‘In the dark places’ is wederom een goeie, meeslepende song en ‘Bitter branches’ is een van de betere nummers van het album.

Zonder die anderhalve drol halverwege had ik dit album een 8/10 gegeven, misschien zelfs wel neigend naar een 9. Maar dit haalt het album echt onderuit en bevestigt mijn vooroordelen. Waar ik me toch mooi niet door heb laten leiden!

Ik ben nu wel nieuwsgierig geworden naar haar andere werk. Er staan nog drie andere albums, waaronder de eerste twee, op de lijst, dus dat komt goed.


Ontdek meer van ivo-habets.nl

Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.