#89 Rufus Wainwright – Want Two (2004) 4/10

Ongetwijfeld dat mensen hiermee dwepen, ik kan er niks mee

Rufus Wainwright is in de VS geboren. Zijn vader is de bekende singer-songwriter Loudon Wainwright III. Maar zijn ouders scheidden al snel, en kleine Rufus ging met zijn moeder de grens over naar Montréal. We hebben hier weer een (halve) Canadese singer-songwriter te pakken. Die moeder is trouwens ook bekend: Kate McGarrigle, die met haar zus Anna onder hun beider naam wereldwijd een hit scoorde met ‘Complainte pour S.te Catherine’. Moeder – ook van zus Martha die eveneens singer-songwriter is – komt echt uit Montréal en is een echte Québecoise. Moeder, zus en tante Anna hebben gastoptredens.

Want de appel is niet ver van de boom gevallen. Rufus is een archetypische singer-songwriter. Ik had geen idee wat ik moest verwachten, ik dacht eerder aan boenksjaboenksjaboemboemstampstampmuziek met rap-vocalen.

Verre van, het is ambachtelijk gemaakte singer-songwriter-pop. Jawel, pop, en dat is mijn eerste probleem met dit album. Hoewel dat niet helemaal eerlijke kritiek is, want er is meer dan genoeg variatie (luister alleen maar naar de barok, bijna-Vivaldi-achtige, achtergrondmuziek van ‘Little sister’), ik vind dat er niet veel gebeurt. Mijn telkens terugkerende bezwaar tegen popmuziek. Man, gooi er toch eens een spetterende gitaarsolo tegenaan, of een beukende instrumentale passage. Iets waardoor je even bij de les wordt gehaald.

Voor zover dat hier gebeurt, is het met iets waarvan je denkt “mijn hemel”. Waarover later meer. Mijn tweede bezwaar dat je moeilijk een bezwaar kunt noemen: de stem van Wainwright klinkt ongelofelijk als Thom Yorke (Radiohead). Dat is natuurlijk geen reden voor kritiek (als het dat al is, eerder integendeel). Moet je eens naar het begin van ‘The art teacher’ luisteren – dat is toch Yorke? Idem voor ‘This love affair’. Maar mijn probleem is dat het if anything laat denken aan de Commodore-64 variant van Radiohead, niet aan de band die een paar bizar goede albums maakte met misschien wel de mooiste alternatieve rock van de jaren negentig – en die lat ligt verdomd hoog.

Mijn derde en grootste bezwaar – er worden hele rare keuzes gemaakt. Het album begint intrigerend met de bombast van ‘Agnus dei’. Het is een duidelijk religieuze verwijzing en daarvan zijn er volgens mij veel op dit album. Ook deze keer ga ik me niet in teksten verdiepen. Ik doe wel even een google-search en ik vind dit citaat: “I’m not a religious person — I wasn’t even praying to any particular deity or saint — but I would go to the Virgin Mary and light candles at that station” (over de tijd dat moeder Kate ernstig ziek was).

Tsja. Dat is best wel mijn definitie van een religieus persoon, ook al is het ’t typische aan bijgeloof-grenzende gedoe met symbolen en rituelen dat ouderwets katholicisme kenmerkt (believe me, I can tell).

Anyway, het begint dus intrigerend. Dan komt ‘The one you love’. Je denkt, oké, singer-songwriterpop, stem à la Thom Yorke. En dan komt een horrorkoortje dat het nummer helemaal mismaakt. Datzelfde gebeurt in ‘Gay Messiah’ – een titel die een beter lot had verdiend. Wikipedia – jawel, Rufus Wainwright is inderdaad gay. Die koortjes zijn zoooooo lelijk. Het nummer wordt er bijna lachwekkend van, en dat is jammer. ‘Crumb by crumb’? Oh dear.

Het dieptepunt moet dan nog komen, dat wordt (bijna) tot het laatst bewaard. Wat de bedoeling was van ‘Old whore’s diet’? Hopelijk weet Rufus het. Mijn hemel wat een verschrikkelijk nummer. Die rare latin-achtige beat irriteert al, en dan komt er een gastoptreden van… Ah, nu snap ik het! Dit zoek ik dus op terwijl ik het tik en het kwartje valt. De gastvocalen zijn van Anohni van (voorheen Antony) and the Johnsons. Het is echt werkelijk niet om te horen, het wordt met zo’n afschuwelijk lelijk vibrato gezongen, als ik daar een cijfer voor moet geven kom ik niet eens aan een 1.

Dat is smaak hè. En smaken verschillen.

Ik denk dat ik ‘Memphis skyline’ nog het beste pruim. Het is jammer, want er is wel potentie. Dit album had beter gekund, in mijn ogen nee oren dan toch. Hij schrijft best goede songs en zijn zingen trek ik wel.

Ongetwijfeld is Rufus Wainwright zo iemand met een ongelofelijk trouwe fanbase die helemaal met hem dweept. En ongetwijfeld is die fanbase van mening dat hij teksten schrijft die zo ongelofelijk het diepste van hun ziel raken dat Wainwright beter verwoord wat ze voelen (niet denken) dan ze zelf kunnen uitdrukken.

Dat denk ik.

En die fanbase kan niet slapen van de spanning als er een nieuw album uitkomt, zoals heel high brow Nederland – ook ik – in zijn broek piste van de zenuwen toen eindelijk het langverwachte derde (in nummering) deel van A.F.Th. van der Heijdens Tandeloze Tijd-cyclus uitkwam. Dat viel niet tegen (het was alleen te lang).

Ik hoop voor deze mensen dat dit album ook niet tegenviel. Mij wel. Laatste opmerking: dit is een album, en dat is nog niet vaak gebeurd, dat mij bij meerdere luisterbeurten alleen maar minder ging bevallen.


Ontdek meer van ivo-habets.nl

Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.