Nondedzjuu, waar komt die vandaan?
Ja hoor, daar gaan we weer. Zo’n album van iemand van wie ik nog nooit gehoord heb, dat in een overzicht dat ik gebruik getypeerd wordt als pop, uit 2005, het zal wel weer wat worden maar niet heus.
Het is een prachtig album. Tijdens de eerste luisterbeurt dacht ik vooral: morgen naar de winkel om dit te kopen. Wie weet ga ik dat ook doen. Dit is hele mooie muziek.
Ik weet nog steeds amper iets van Richard Hawley af, niet veel meer dan dat hij in de jaren negentig rondhing in de alternatieve/Britpop-scene en onder andere met Pulp speelde. Dit is echter heel andere muziek. De meest voor de hand liggende vergelijking vormen wat mij betreft de Tindersticks, een van de meest onbegrijpelijk geneerde bands in het boek. Arrangementen met strijkers (Tindersticks heeft een violist), mooie gitaarpartijen met arpeggio gespeelde akkoorden, en vooral het prachtige, warme, sexy lage stemgeluid van zanger Hawley. Tindersticks’ Stuart Staples heeft een nog lagere bariton, Hawley zit een beetje halverwege Staples en Bryan Ferry – mooi bruggetje naar het volgende album.
Hel album begint met het heel stemmige titelnummer, waardoor ik in eerste instantie dacht dat we te maken hadden met een eerbetoon aan Cole Porter. Jazzy pop, zoals Tom Waits op zijn debuutalbum, is hier niet ver weg. Maar het heeft niets met Cole Porter te maken, wel met simpelweg Coles Corner, een plek in geboortestad Sheffield. ‘Hotel room’ is een ander pareltje.
Toen tijdens mijn eerste luisterbeurt het vijfde nummer ‘The Ocean’ begon, toen begonnen mijn plannen om vandaag naar de platenzaak te gaan. Dit album moet je trouwens eigenlijk op vinyl hebben, daar is het echt muziek voor. Hoe dan ook: wat een ongelofelijk mooi nummer is dat!!! Zonder overdrijven een van de mooiste die tot nu toe langs zijn gekomen, echt een wereldplaat.
Eigenlijk is alles goed. Ik zei al dat de arrangementen heel mooi zijn. Er is een halve goed gesorteerde muziekwinkel aan instrumenten gebruikt, en het is allemaal raak en smaakvol. Wat in het bijzonder opvalt is het gebruik van baritongitaar – een gitaar waarbij alle snaren een plekje naar beneden schuiven en de hoge E dus wegvalt, en aan de onderkant een lage B erbij komt. Het is perfect op zijn plaats.
Kritiek? Eerst nog een pluspunt: 11 nummers in 46 minuten, toppie. De spanningsboog blijft gespannen. Of nee, net niet helemaal, dat is mijn belangrijkste kritiekpunt. Het negende – (Wading through) The waters of my time – en tiende – Who’s going to shoe your pretty feet – nummer halen de vaart eruit. Er komt opeens een duidelijke countrytrein langsgevaren. Nee, niet per se verkeerd, ik hou er wel van. Maar hier is het aan het einde van het album allemaal een beetje te veel verlies aan spanning, omdat het langzame nummers zijn. Het album eindigt met een nog langzamer nummer maar dat is wel weer heel mooi: het overduidelijk op Satie gebaseerde ‘Last orders’.
Een totale verrassing! En luister echt naar ‘The Ocean’.
Door naar Roxy Music.

Ontdek meer van ivo-habets.nl
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.