Hoe gerinkel verwordt tot gekletter
Joehoe! Een mijlpaal: 100 albums achter de rug, althans volgens de randomgenerator. En het is er weer een dat dit projectje zo mooi maakt: een artiest die een belletje doet rinkelen (een omen…), waarvan ik voor zover ik weet nog nooit iets van gehoord had.
De associaties die ik met Billy Bragg had: Engels, man met gitaar, politiek.
Nou. Dat was 100% accuraat. Dit album is in een opzicht best bijzonder: er is best gevarieerde orkestratie, maar géén drummer. Dat is vermoedelijk mede bepalend voor het hele karakteristieke geluid. Dat geluid wordt volledig gedomineerd door Braggs gitaar. Ik maakte een flinke misser. Bij de eerste twee luisterbeurten was ik ervan overtuigd dat hij een elektro-akoestische gitaar gebruikte, zo’n gitaar met een piëzo-element. En dat hij die vervolgens met de versterker en zelfs effecten het geluid van een elektrische gitaar liet benaderen.
Zo zie je maar dat ik er met mijn ruim veertig jaar ervaring van aandachtig gitaar luisteren flink naast kan zitten. Bragg speelt – op dit album – gewoon een elektrische gitaar, maar met een cleane sound met af en toe een randje. Het is een rinkelend geluid. Na de 38 minuten die dit album duurt ben je dat gerinkel spuugzat. Je verlangt naar een keer een andere sound, het rinkelt en twinkelt maar door.
Het tweede karakteristieke geluid is het zingen van Bragg. Bij het openingsnummer dacht ik meteen: Paul Weller. De latere, solo-Weller. Maar dat is toch echt een (veel) betere zanger. Bragg zingt bovendien met een dusdanig plat accent dat het in Nederland vermoedelijk in de hoek van Rowwen Hèze zou zitten. Ik dacht: cockney. Zit ik er verdorie alweer naast, en niet zo’n beetje. Bragg zingt namelijk met een Essex/-East-London-accent. Dat is natuurlijk iets heel anders dan het echt-Londense cockney, zoals mensen uit de Randstad het verschil niet horen tussen een Brabants of Limburgs accent (die in niks op elkaar lijken, afgezien van de zachte g maar die komt in veel meer regio’s voor).
Foei.
Zeg, gaat al dat gelul nog ergens heen? Ja hoor. Ik ben niet erg onder de indruk van dit album. Ik kan het niet slecht vinden, maar ik vind het vermoeiend en eentonig en vermoedelijk rent Bragg zichzelf voorbij in een poging een gezongen politiek pamflet te maken. Het album opent sterk, de eerste twee songs zijn de beste van het album. ‘Greetings to the new brunette’ – met een gastrol voor gitarist Johnny Marr van The Smiths – is goed, opvolger ‘Train train’ heeft inderdaad de cadans van een trein in de manische gitaarpartij en brengt een hoeveelheid energie die de rest van het album vrijwel volledig mist. Het is het Engelse ‘Kedeng kedeng (per spoor, of andersom geloof ik)’ maar Guus Meeuwis is weer een Brabander, geen Limburger. We blijven tussen regio’s flipperen.
In ‘The marriage’ horen we – net als in ‘Levi Stubbs’ tears’ en ‘The home front’ – bijna Purcell-achtige trompet- en bugelklanken, wat het door en door Engels maakt. Ik vind het niet werken. ‘There is power in a union’ is een slechte variant op The Pogues (die volgens mij ook iets later kwamen), en het klinkt alsof iemand een liedje komt zingen op het SP-partijcongres. Hee, dat deed Bob Fosko (De Raggende Manne) altijd, nu zijn we bij andere platsprekers terechtgekomen, bij die die elke v als een f uitspreken en een z als een s, weetuwel.
In ‘Wishing the days away’ komt opeens een viool op de proppen waardoor het een country-feel krijgt. Bragg, hoe Engels ook, heeft duidelijk iets met country en Americana; de bonus-disc (die ik afgezien van deze nummers niet beluisterd heb) die bij de heruitgave uit 2006 werd toegevoegd opent met twee duetten met ene Hank Wangford, duidelijk een country-artiest, en het zijn nummers van Gram Parsons (country(rock)) en Woody Guthrie, de ultieme Amerikaanse folkzanger. Apart.
Ik moet het absolute dieptepunt nog noemen: ‘Honey I’m a big boy now’. Wat is daar in godsnaam de bedoeling van? Het is Bragg die een liedje zingt met begeleiding op een tingeltangel, of zo u wilt honkytonk-piano. De piano is kneitervals en het zingen van Bragg is zo mogelijk nog valser.
Artistieke vrijheid zullen we maar zeggen.
Ik vind het genoeg reden om de waardering bij te stellen van een 6 naar een 5.
Zo, dat waren de eerste 100 albums. Bragg trekt het gemiddelde iets naar beneden. Meer over de statistieken in de mid-term-review!

Ontdek meer van ivo-habets.nl
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.